buurbijen


Een paar geleden zijn we bij een imker geweest, die vertelde over het houden van bijen. Fantastische dingen hoorden we over de bijen en gezien de bedreigde bijenstand dachten we dat we ook bijen moesten of konden gaan houden. Maar het kinderdagverblijf had voorrang en we dachten dat dat moeilijk te combineren was.
Nu woont er sinds een paar jaar een buurman, hij heeft bijenkasten, bijenvolken en honing. We krijgen wel eens een potje. Hj is blij met onze bloeiende flora.
Gisteren zwierf er een bijenvolk uit. Daar moest ik bij zijn.
Het losgevlogen volk hing bij ons in de vlier. Buurman was er klaar voor: trap, snoeischaar, doek en spanband gereed. Hij liet het volk met een ferme tik in de bijenkorf belanden. Geweldig zoals dat gaat!
Gelukkig zat de koningin hier ook bij in, alle bijen wilden daardoor graag bij elkaar blijven. Ze gaven elkaar ook seintjes waar ze moeten zijn, buurman vertelde dat dit stertselen heet, zoek het maar eens op, of kijk: https://www.jacobusdeboer.nl/stertselen/# Op een foto zie een stertselende bij op een hand.
Na een paar uur rusten doet de buurman ( hij heet Marius, by the way ) de bijen in een nieuwe kast en gaan ze zich toeleggen op het maken van honingraten.
Marius heeft mij veel verteld van de ins and outs van het bijenvolk, ik ben er vol van. Marius weet heel veel. Maar het is niet makkelijk om het allemaal na te vertellen.
We gaan snel een keer met de oudste kinderen kijken bij de kasten. Maar kijk’s op de foto, die zwerm zagen ze niet zitten, ze keken ergens anders naar.
En ….
ten tijde dat ik dit zit te schrijven, roept Martin mij: er is weer een nieuwe zwerm, nu in de knotwilg. Minder makkelijk te scheppen dit keer, maar wel op ooghoogte.
Trackbacks